Luister eens...

Het jaar 1493 - Elst

  • Geschreven door Joke Eikenaar
  • Leestijd 4 minuten
  • 992 x bekeken

Er blonk iets in het hoge gras. Ties had zojuist zijn blaas geleegd tegen een boompje aan de kant van de weg, toen hij het ding zag liggen. Hij raapte het op. Het was van ijzer en leek op een handvat, of op een pion uit een groot schaakspel.

Start Het jaar 1493 - Elst

Aan het platte uiteinde zat een ondiepe, ronde holte. Ties bekeek de holte. Het leek wel of daarin een patroon verwerkt zat. ‘Hee! Wat moet dat?’ riep een stem. Ties keek op. Een schout kwam aanlopen. ‘Wat heb je daar? Heb je dat gestolen?’ ‘Nee, zojuist gevonden. Ik heb geen idee wat het is.’ De schout pakte het voorwerp aan en bekeek het snel van alle kanten. Daarna bekeek hij Ties. Zijn achterdochtige blik verdween.

‘Ik weet wel wat het is. Vorig jaar werd op deze plek iemand overvallen: Bernard Proys. Bernard is een bekende muntmeester, die woonde en werkte in Arnhem. Hij sloeg munten in opdracht van de Bourgondische koning Maximiliaan. Het lawaai van de hamerslagen om de geldstukken in vorm te slaan klonk door de hele wijk. Maar een jaar geleden nam Karel van Gelre Arnhem in, en was de stad weer Gelders. Bernard moest daarom vluchten. Hij had nou eenmaal een contract met Maximiliaan, wat hij moest nakomen. Hij heeft zijn hele hebben en houwen gepakt en is zuidwaarts getrokken, naar Bourgondisch gebied. Hier, bij Elst, lagen dieven in een hinderlaag. Zij hadden zijn volgeladen wagen al verwacht, want in 1482 was precies hetzelfde gebeurd. Toen was Bernard gevlucht vanwege de hertog van Kleef, via dezelfde route. De dieven wisten precies wat ze wilden hebben: zijn muntstempels en ongeslagen metalen, zodat ze zelf munten konden gaan slaan. Op deze plek hielden ze zijn wagen staande.’

‘En ze hebben de wagen leeggejat?’ gokte Ties. ‘Nee. Bernhard had maatregelen genomen. Voor het slaan van een munt heb je twee stempels nodig. Een boven- en een onderstempel. De wagen die overvallen werd, had alleen maar bovenkanten. Alle onderkanten had Bernard aan een bode meegegeven. De dieven hadden niets aan de vracht van Bernhard. Uit frustratie hebben ze wat spullen weggeslingerd. Waaronder deze stempel. Ik zal hem Bernard nazenden.’

Geschreven door Joke

Joke Eikenaar is illustrator en schrijfster en woont dichtbij Zwolle. Geschiedenis is haar passie. Met name die van de Lage Landen boeit haar enorm. Voor haar historische romans en verhalen dompelt ze zich met veel liefde onder in uitgebreide research.